Scholen houden er rekening mee dat zij de komende maanden weer gedeeltelijk les op afstand zullen geven. Want zelfs als een nieuwe lockdown uitblijft: leraren moeten thuis blijven als zij coronaverschijnselen vertonen – en het griepseizoen staat voor de deur.

Instructie op afstand – hoe houdt u leerlingen betrokken?

Onthouden is actief betrokken zijn. Zo ziet Marcel Schmeier dat. Hij is onderwijsadviseur en schrijft boeken over expliciete directe instructie (EDI). Als het gaat om actief betrokken zijn, dan is voor afstandsonderwijs dus de vraag: hoe verhoogt u de leerlingbetrokkenheid bij online lessen? Dat is nog niet gemakkelijk, ervaren veel leraren.

“Het belangrijkste is om contact te maken met iedereen,” zegt Schmeier, “Alle leerlingen zien en spreken.” Maar juist dat bleek een uitdaging te zijn tijdens de lesinstructie.

Klassikale online instructie bij Vrijeschool Widar

Vrijeschool Widar in Delft kreeg in coronatijd advies van Schmeier over online instructie op basis van de EDI-methode. ”Onze school besteedt al langer aandacht een klassikale instructie,” aldus directeur Nadia Demaret.

Leraar Femke de Vries (groep 7) verwoordt de twijfel die veel leraren in het basisonderwijs voelden in de periode van thuisonderwijs: “Hoe zie je dat kinderen actief betrokken zijn bij de les als ze thuis achter hun scherm zitten in lockdown? Hoe weet je dat ze allemaal leren wat moet? Instructie geven, dat ís je ding als leraar. De vraag is echter of je instructie goed ontvangen wordt. Of alle leerlingen ook leren wat moet. En of het werk ook echt gemaakt wordt.”

Kinderen krijgen thuis onderwijs via de laptop
Femke de Vries: “Je ziet aan ogen op afstand niet wat je in de klas in een fractie van een seconde wel ziet.”

Actiever, vaker en sneller checken

In haar groep 7 ontdekte De Vries dat het belangrijk is om na de instructie – sneller en vaker dan in de klas – te controleren of alle leerlingen de lesstof begrijpen: “Omdat je via het beeldscherm veel trager ziet of een leerling het wel of niet snapt. Om snelheid in je les te houden moet je als leraar actiever, sneller en vaker checken. Je weet het wel ongeveer, maar je ziet niet precies waar dat ene kind blijft steken. Daar moet je actief werk van maken.”

Nadenken over het doel: wat moet er geleerd worden?

Bij afstandsonderwijs gelden dezelfde principes als bij de gewone expliciete directe instructie:

Maar bij afstandsonderwijs mogen ze nóg meer nadruk krijgen.

Het is daarnaast nog belangrijker om na te denken over wat de leerling moet leren en hoe. De tijdsbeleving bij online werken is anders, lessen kosten extra energie. Het is nóg belangrijker om kort van stof te zijn en afwisselend gebruik te maken van verschillende activerende werkvormen en tools.

Gebruik het bord

Onderwijsadviseur Schmeier is een groot voorstander van bordgebruik. Hij legt momenteel de laatste hand aan een boek over dit onderwerp. Bordgebruik maakt de instructie volgens hem krachtiger. Laat leerlingen zelf opschrijven wat de leraar op het bord schrijft en laat het hen verwerken met kleine activiteiten zoals een kwis, een puzzel of een korte samenwerkingsopdracht.

Al deze werkvormen kunnen uitstekend toegepast worden in een online setting, zegt hij: “Iedere leraar heeft een bord nodig. Tijdens het leren op afstand vond ik het opvallend dat er naar fysieke middelen gegrepen werd. Ik zag leerkrachten met kleine whiteboards aan de slag en met vellen papier die ze voor de webcam hielden.”

Actief betrokken leerlingen

Afleiding ligt altijd op de loer, dus zorg ervoor dat leerlingen bij de les blijven. Geef ze willekeurige beurten met een vraag die kort beantwoord moet worden. Dat kan heel simpel door middel van een chatbericht. Of gebruik wisbordjes of laat ze een briefje voor de webcam houden met het antwoord. Een online tool hiervoor is whiteboard.fi. Met de expliciet directe instructie is er juist doorlopend contact. Maar online moet een leraar wel regelmatiger stoppen en leerlingen een paar minuten geven om samen te vatten. Dat geeft zicht op het leren.

Lerares De Vries zorgde op verschillende manieren voor betrokkenheid: “Ik zorgde ervoor dat leerlingen van te voren wisten wat we die videoles zouden gaan doen. Ik liet regelmatig een kort instructiefilmpje zien voorafgaand aan de les, gaf voorbereidende opdrachten en liet leerlingen altijd werk en materiaal klaarleggen. Hierdoor waren leerlingen voordat de les begon al actief betrokken.”

Hoe verder in de komende jaren?

“Het is nu nog duidelijker,” zegt Schmeier, “dat leraren digitale vaardigheden zoals het hanteren van online tools moeten beheersen. Denk aan producten als Teams, Google Hangouts en Zoom, waarin je het scherm kunt delen, tweetallen of groepjes kunt maken, vragen kunt stellen, enzovoorts. Het is allemaal wat ingewikkelder dan een krijtje, maar het verrijkt de directe instructie en het zorgt ervoor dat kinderen nog beter leren. Als je ook nog in staat bent je instructies op te nemen en klaar te zetten in een leeromgeving, kun je het jezelf en je collega’s veel makkelijker maken. Dat scheelt stress en werkdruk.”

Door met EDI

Vrijeschool Widar gaat door met de expliciet directe instructie, zegt Demaret. In fysiek en online onderwijs: “Toetsgegevens hebben duidelijk laten zien dat bij ons op school maar enkele leerlingen leerachterstand hebben opgelopen. Daar heeft EDI, samen met enthousiaste leerkrachten én hardwerkende ouders, zeker positief aan bijgedragen.”

Meer lezen?

Er zijn veel scholen bezig met de inrichting van flexibel onderwijs. We publiceren regelmatig over goede voorbeelden en oplossingen uit de praktijk.

Deel deze pagina: Zo blijven leerlingen betrokken tijdens een online lesinstructie

Delen
  • LinkedIn
  • Facebook
  • Twitter
  • E-mail