Aan de onderzoeken deden ruim 2500 basisschoolleerlingen mee uit de groepen 4 tot en met 8. De onderzoekers keken naar de effecten van Snappet: oefen- en verwerkingssoftware voor tablets die leerlingen direct laat weten of een antwoord goed of fout is.

Ook kan de software oefeningen afstemmen op het niveau van de leerling; een snelle leerling krijgt na een goed antwoord een moeilijker opgave dan een langzamere leerling. De leraar ziet intussen via een online dashboard de prestaties van zijn leerlingen en kan daar zijn lessen op aanpassen.
Onderwijs op elk niveau
Leraren bleken zich in een klas zonder tablets vooral te richten op de gemiddelde leerling. De prestaties van de laag en hoog scorende leerlingen bewogen daardoor steeds meer naar het gemiddelde toe. Gevolg: de beste leerlingen ontwikkelen hun reken- en taalvaardigheid minder snel dan de andere leerlingen. Bij gebruik van de software ontwikkelden de beste leerlingen zich juist evenveel.
Alfons ten Brummelhuis, expert onderzoek bij Kennisnet: "Elke leraar wil liefst al zijn leerlingen op hun eigen niveau lesgeven, en past dan zijn lessen vaak aan op twee of drie niveaus. Want met meer dan 20 leerlingen in de klas is het fysiek onmogelijk elke leerling onderwijs op maat bieden. We weten nu dat het met dit soort adaptieve onderwijstechnologie wél kan. En dat is goed nieuws voor de leerlingen, de leraren en de hele leermiddelenmarkt."
Niet alleen Snappet
Ten Brummelhuis noemt de resultaten betekenisvol. Volgens hem is niet eerder op deze schaal onderzoek gedaan naar de effecten van adaptieve digitale leerprogramma’s. Bovendien stroken de resultaten met eerder onderzoek naar soortgelijke programma’s als Rekentuin en Muiswerk: "Je ziet nu vooral effect bij slimmere leerlingen; zij leren in kortere tijd meer. Maar we staan pas aan het begin van dit soort technieken; wellicht dat met een andere afstelling in de software en goede instructie ook de andere groepen leerlingen vaker kunnen groeien. Overigens was bij geen enkele groep een negatief effect te zien."
Tijdwinst voor de leraar
De onderzoekers van de Radboud Universiteit keken naar leerlingen van Stichting Klasse uit het Groene Hart (Gouda, Bodegraven-Reeuwijk, Waddinxveen en Woerden). Daar werken 14 scholen van de stichting sinds twee jaar met Snappet, maar ook met Rekentuin en Taalzee. Frank Tigges van het College van Bestuur van de scholengroep: "De resultaten bevestigen onze eigen bevindingen: dat digitaal leermateriaal je helpt om te kunnen differentiëren."
Tigges benadrukt dat een programma als Snappet geen heilige graal is: "Het is een hulpmiddel om je onderwijs te verrijken. En het levert de leraar tijdwinst op, zoals bij het nakijken. Zo houd je meer tijd over voor het analyseren van de data en het beter voorbereiden van je les."
Maar volgens Tigges staat het pedagogisch en didactisch inzicht van de leraar altijd voorop en mag het nooit zo zijn dat een leraar vaart op computerresultaten. "Daarom is het belangrijk dat de leraar weet hoe de logica achter het systeem in elkaar zit. Juist de combinatie van techniek en de professionaliteit van de leraar maakt het krachtig."
Dat bleek ook uit het onderzoek van de Universiteit Twente onder 80 basisscholen in Overijssel: leerkrachten die differentieerden op basis van de feedback, behaalden betere resultaten dan leerkrachten die dat niet deden.
Niet hapsnap inzetten
Tigges drukt andere scholen dan ook op het hart eerst een plan te maken voordat ze aan de slag gaan met een programma als Snappet: "De winst die je kunt behalen valt of staat met de onderwijskundige begeleiding en de afspraken die je maakt – over inzet in de hele school, over het gebruik van de data. Ook moeten leraren goed worden geschoold en moet je als school zorgen dat je je technische randvoorwaarden op orde hebt. Als je het hapsnap inzet, gaat het mis."
Annet van Duren, onderwijsdirecteur bij Snappet, laat in een schriftelijke reactie weten blij te zijn met de resultaten. "Deze onafhankelijke, wetenschappelijke onderzoeken laten zien dat het werkt om traditionele, goed werkende elementen van onderwijs te verankeren en deze te versterken met de nieuwe mogelijkheden van techniek."
De onderzoeken van de Universiteit Twente en de Radboud Universiteit werden gefinancierd door Kennisnet.