Saskia uit Amsterdam ontving een filmpje op WhatsApp: “Ik kon niet geloven wat ik zag: een scholier die seksuele handelingen verrichtte in de klas. Een klasgenoot had het stiekem gefilmd en zette het online.”

Scholen letten er steeds scherper op, maar desondanks is de verspreiding van dit soort beelden een groeiend probleem. Remco Pijpers, expert digitale geletterdheid bij Kennisnet: “Het delen van zulke filmpjes wordt steeds gemakkelijker. En als er iets geks gebeurt in de klas drukken leerlingen al snel op de record-knop.”
Volgens hem zijn scholieren zich wel bewust van privacygevoeligheid, maar ontbreekt in de snelheid van het moment vaak het besef over de mogelijke schade en de gevolgen.
Duidelijke regels
Om dat te voorkomen is het volgens hem noodzakelijk de regels op school en de consequenties bij het overschrijden daarvan duidelijk te communiceren: “Het wordt lastig als iedere docent zijn eigen regels heeft, een schoolbrede aanpak is veel effectiever.”
De leidraad ‘Wat doet u als school met de online verspreiding van ongewenste beelden?‘ (update: 2021) van de VO-raad en Kennisnet kan daarbij een goed hulpmiddel zijn.
Vergaande consequenties
Daarbij komt dat de meeste leerlingen niet beseffen dat de consequenties verder gaan dan een keertje nablijven op school. “Seksueel getint materiaal met minderjarigen is kinderporno,” zegt digitaal rechercheur Michel Bijl. “Maak je als scholier een naaktfoto van jezelf, dan word je volgens de wet beschouwd als producent van kinderporno. Stuur je het door, dan ben je verspreider en maak je de ontvanger automatisch bezitter.”
Gelukkig bekijkt het Openbaar Ministerie elke zaak tegenwoordig individueel. Want een winkeldiefstal verdwijnt van het strafblad als leerlingen achttien worden, maar kinderporno niet. “Als we het slachtoffer of de dader vinden, kijken we altijd eerst of het filmpje een symptoom is van een groter probleem”, aldus Bijl. In dat geval wordt Qpido ingezet, het expertisecentrum voor relaties, liefde en seks bij jongeren. Was er kwaad in de zin, dan kan een leerling alsnog strafrechtelijk vervolgd worden.
Belang van bewustwording
Sommige scholen verbieden het gebruik van telefoons in de klas, maar dat verplaatst het probleem alleen maar, zo meent Remco Pijpers. Belangrijker is het probleem bespreekbaar maken zodat daar bewustwording uit volgt. “In de schoolgangen moet je elkaar ook met respect behandelen en niet met tassen gaan gooien, dat geldt net zo goed voor de digitale wandelgangen,” zegt Pijpers. Om dit onderwerp bespreekbaar te maken kunnen docenten bijvoorbeeld filmpjes laten zien zoals dat van Freek, over een jongen die zijn online identiteit verloor.
Auteursrecht
Bij die bewustwording hoort ook mediawijsheid, vindt Michel Bijl: “Wat op internet staat, gaat er nooit meer af.” Na het delen van een filmpje verliest de maker de controle volledig, omdat de diensten die voor de verspreiding gebruikt worden – zoals WhatsApp, Snapchat of Facebook – automatisch het auteursrecht krijgen.
Bijl: “Dat staat ergens in de voorwaarden, maar wie leest die nog tegenwoordig?” De politie krijgt maar moeilijk medewerking van zo’n dienst om de dader of het slachtoffer te vinden. Uiteindelijk komt het materiaal terecht op allerlei obscure kinderporno netwerken die meestal gehost worden in het buitenland, buiten het bereik van de Nederlandse politie.
Volwassen voorbeeld
Volwassenen hebben misschien hun oordeel klaar over dit tienergedrag, maar volgens Bijl dragen velen van ons er net zo goed aan bij. “Een filmpje versturen onder het mom van: ‘Kijk dit nou!’ of ‘Vind jij dit ook zo erg?’ is net zo strafbaar en maakt het probleem alleen maar groter.” Volgens Bijl is het dus belangrijk dat ouders en docenten ook het goede voorbeeld geven.