Meteen naar de content
  • Uitleg
  • |
  • Beleid en organisatie
  • |
  • po
  • vo

Verduurzamen van en met ict in het primair en voortgezet onderwijs

Kennisnet heeft het model ‘Duurzame ict' voor het primair en voortgezet onderwijs ontwikkeld. In dit model komen diverse mogelijkheden en voorbeelden van verduurzaming aan bod. Het model biedt praktische handvatten waar scholen hun voordeel mee kunnen doen.

Logo Kennisnet

Door de redactie

28 april 2021
27 minuten lezen

Kennisnet stimuleert het gebruik van ict in het onderwijs. Dat biedt grote voordelen, maar heeft ook een belangrijke keerzijde. Zo is tot wel 20% van het elektriciteitsverbruik van scholen toe te schrijven aan ict-apparatuur. Ook netwerken en datacenters leggen een steeds groter beslag op onze energievoorziening. Daarnaast is de ict-sector de grootste gebruiker van 14 van de 27 kritieke grondstoffen en de veroorzaker van enorme afvalproblemen (e-waste). Verder zijn er sociale misstanden bij de productie van ict-apparatuur.

Tegelijkertijd biedt ict ook kansen om organisaties te verduurzamen. ‘Internet of things’ lijkt een doorbraak te worden als het gaat om de verduurzaming van de energievoorziening. De ontwikkeling van clouds en cloudcomputing leidt tot een sterk verminderd papierverbruik. En digitaal onderwijs zorgt voor minder mobiliteit. Om deze kansen in beeld te brengen heeft Kennisnet het model ‘Duurzame ict voor po en vo’ ontwikkeld. Daarin komen diverse mogelijkheden en voorbeelden van verduurzaming aan bod. Het model biedt praktische handvatten waar scholen hun voordeel mee kunnen doen.

Het model duurzaamheid en ict, dat bestaat uit de onderdelen ict-infrastructuur, onderwijsinhoud en gebouw en omgeving

Het model ‘Duurzaamheid en ict’ heeft 1 belangrijk doel: bewustwording van het belang van duurzaamheid bij de inzet van ict. Want wat is duurzaamheid precies en wat kunnen scholen zelf doen?

Het model kan op verschillende manieren ingezet worden:

  • om het ‘goede gesprek’ te voeren over duurzaamheid en ict.
  • om een visie en een schoolbeleid te formuleren op het gebied van duurzaamheid en ict.
  • om de visie en het beleid te vertalen naar concrete acties die zijn gericht op duurzaamheid.

Daarbij kijken we naar 2 aspecten:

  • Verduurzamen van ict
    Hierbij gaat het om de duurzaamheidsaspecten van de ict-infrastructuur en -apparatuur zelf. Dit onderwerp is vooral bedoeld voor ict-managers, facilitair managers, duurzaamheidsmanagers en schoolleiders. Het gaat hierbij om het beperken van de milieu-impact (minder energieverbruik en e-waste).
  • Verduurzamen met ict
    Hierbij wordt ict ingezet om andere processen duurzamer te maken. Dit onderwerp is vooral bedoeld voor facilitair managers, duurzaamheidsmanagers, schoolleiders en leraren. Het gaat dan bijvoorbeeld om een reductie van het energieverbruik door meten en monitoren. Denk ook aan de inzet van ict bij lessen over duurzaamheid.

Geleerde lessen

Transformeren naar een duurzame organisatie is niet eenvoudig. Het is een proces met jubelmomenten én hobbels in de weg. Gelukkig kunnen we leren van scholen die deze transformatie al hebben ingezet:

  • Duurzaamheid is niet alleen van de duurzaamheidsmanager; het speelt door de hele organisatie. Budgethouders en beleidsmakers hebben hierbij een bepalende rol.
  • Duurzaamheid is geen tijdelijk project. Het is een onderdeel van de bedrijfsvoering én het curriculum. Maak hiervoor budget en capaciteit vrij.
  • Neem het thema duurzaamheid op in verantwoordingsdocumenten zoals het beleidsplan of jaarverslag.
  • Wees voldoende ambitieus, maar start niet te groot.
  • Begin gewoon en start met de enthousiastelingen.
  • Integreer duurzaamheid zo veel mogelijk in de bestaande processen en structuren.
  • Durf te leren van andere organisaties. Er is al veel kennis en informatie beschikbaar. Vraag hoe anderen het hebben aangepakt.

Leeswijzer

Dit model is voor meerdere doelgroepen geschreven. De thema’s uit dit model volgen de doelgroepen:

  • Het thema ‘Visie en beleid’ is geschreven voor schoolleiders en duurzaamheidsmanagers.
  • Het thema ‘Bewustwording en gedrag’ is voor iedereen.
  • Het thema ‘Communicatie’ is voor communicatiemedewerkers.
  • Het thema ‘Ict-infrastructuur’ is voor ict-medewerkers.
  • Het thema ‘Gebouw en omgeving’ is voor facilitair medewerkers.
  • Het thema ‘Duurzaamheid in onderwijs’ is voor docenten en onderwijsmedewerkers.
  • Het thema ‘Kennisdeling en samenwerking’ is voor iedereen.

Uiteraard is dit een ruwe indeling; iedereen is van harte uitgenodigd om het hele model door te nemen. Verbinding en samenwerking tussen de diverse vakgebieden leidt tot beter gedragen resultaten en meer impact. Omdat Kennisnet gekozen heeft voor deze indeling per doelgroep, staan sommige voorbeelden en passages meerdere keren in het model. Simpelweg omdat ze voor meerdere doelgroepen interessant zijn.

Visie en beleid

Duurzaamheid krijgt de komende jaren steeds meer aandacht. Overheden dwingen initiatieven op dit gebied af (via het klimaatakkoord) en zij worden zelf steeds actiever op dit gebied. Consumenten kiezen steeds vaker voor merken die duurzaamheid ter harte nemen. Een onderzoek van de Universiteit Utrecht in opdracht van Actiam toont een correlatie aan tussen duurzaamheid en rendement, en laat zien dat organisaties met een goed geïntegreerd sociaal en duurzaam beleid veel beter presteren dan organisaties zonder zo’n beleid. Duurzaamheid levert dus aantoonbaar voordelen op. Maar hoe creëren organisaties de beste omstandigheden om duurzaamheid in hun strategie en bedrijfsvoering te integreren?

Visie

Een belangrijk advies is: zorg ervoor dat duurzaamheid deel uitmaakt van de visie en missie van de organisatie. Oprechte inzet van het managementteam is cruciaal om duurzaamheid in de organisatie te integreren. Zij stellen een bedrijfsbrede visie op en hebben de invloed om deze te realiseren. De visie moet medewerkers inzicht geven in waarom de organisatie met duurzaamheid aan de slag gaat. Tegelijkertijd worden medewerkers geïnspireerd door een heldere visie en de persoonlijke inzet van het managementteam.

Een visie is pas succesvol te implementeren als deze breed gedragen wordt. Door medewerkers, maar ook door andere stakeholders. Denk in het geval van een school onder meer aan leerlingen, ouders, de omgeving en de gemeente. In feite alle partijen die invloed uitoefenen op of worden beïnvloed door het functioneren van de school. Een ander advies is daarom: organiseer een dialoog met de stakeholders vóór het opstellen van een duurzame visie en missie. Een school kan draagvlak creëren door:

  • voorlopers te betrekken bij het opstellen van de visie, de ambities en het beleid;
  • het principe van nudging te gebruiken om belanghebbenden een duwtje in de goede richting te geven.

Beleid en ambities

Mensen die een duurzame visie formuleren, krijgen vaak direct dromen en ideeën. Zij willen die graag concreet maken en het is goed als de organisatie daarbij richting en houvast geeft. Het helpt als de organisatie thema’s benoemt waarop zij zich wil richten of waarin zij wil uitblinken. Scholen kunnen bijvoorbeeld werk maken van:

  • de inbedding van duurzaam doen en denken in het curriculum, bijvoorbeeld aan de hand van de Sustainable Development Goals (SDG); de 17 duurzame ontwikkelingsdoelen om van de wereld een betere plek te maken in 2030. De doelen zijn afgesproken door de landen die zijn aangesloten bij de Verenigde Naties.
  • het doorvoeren van duurzaamheid in de bedrijfsvoering. Denk hierbij aan duurzaam inkopen, e-waste, gebouwbeheer en het schoolplein.
  • de training van docenten over duurzame thema’s (bijvoorbeeld: energie, klimaat, biodiversiteit, voedsel) of over de didactiek die nodig is om samen duurzame vraagstukken op te lossen (bijvoorbeeld: leren om kritisch te denken, oplossingsgericht te zijn, verantwoordelijkheid durven nemen) en aandacht te besteden aan onderwerpen als: circulariteit, het voorkomen van e-waste, energieneutraal werken en duurzaamheid van het gebouw en zijn omgeving.

Hulpmiddelen

Er zijn verschillende hulpmiddelen om je te helpen bij het vaststellen van duurzaamheidsthema’s:

BREAAM

Een hulpmiddel bij het vaststellen van duurzaamheidsthema’s is BREAAM. Zij hebben voor het po en vo een lespakket samengesteld waarmee leerlingen zelfstandig de duurzaamheid van de school in kaart brengen. Ze ontdekken wat er goed gaat en wat voor verbetering vatbaar is en presenteren hun aanbevelingen aan de schoolleiding.

Passend bij je organisatie

Kies een invulling van de ambities die bij jouw organisatie past. Kijk bijvoorbeeld naar de huidige milieubelasting (CO₂-footprint) van de school. Wat zijn dan de concrete reductiedoelstellingen? Ambities realiseren is eenvoudiger als die aansluiten bij de drijfveren, de waarden en het imago van de organisatie. Dan zijn ze ook eenvoudiger te vertalen naar beleid en worden ze zo uitgedragen en geïmplementeerd in de hele organisatie. Een goed hulpmiddel om vast te stellen waar jouw school staat en om je ambities te bepalen, is het Groene Kompas.

Ethiekkompas

Gaat jouw school fundamenteel aan de slag om haar waarden op het gebied van duurzaamheid te bepalen? Dan kun je daarvoor het Ethiekkompas van Kennisnet gebruiken. Een zogeheten impactanalyse kan helpen om na te gaan wat je stakeholders van jouw organisatie verwachten.

Bewustwording en gedrag

Duurzaamheid raakt vrijwel alle aspecten van ons leven. Daarom is het belangrijk dat duurzame gedragsveranderingen ook op school plaatsvinden. De leerlingen van vandaag zijn immers de duurzame doeners van de toekomst. De groei naar meer duurzaam handelen vraagt om een verandering in strategie, structuur en systemen, maar vooral ook in bewustwording en gedrag.

Duurzaam gedrag

Duurzaamheid vraagt om denken en doen in het licht van de lange termijn. Leven met een juiste balans tussen de belangen en behoeften van huidige én toekomstige generaties. Dat moet leiden tot een leefstijl die ook in de toekomst houdbaar blijft, zonder dat daarbij ecologische grenzen overschreden worden en onherstelbare schade wordt toegebracht aan onze planeet. Daaraan zitten sociale, milieu- en economische aspecten (people, planet, profit). Denk bijvoorbeeld aan het tegengaan van klimaatverandering en zaken als fatsoenlijke arbeidsomstandigheden en gelijke kansen voor iedereen.

Om deze juiste balans te kunnen zien, is bewustwording op individueel niveau nodig. Geen mens zal bijvoorbeeld minder energie verbruiken wanneer hij zich niet realiseert waarom dit zinvol is. Duurzame gedachten leiden dus tot duurzaam gedrag.

De inzet van ict kan hierbij een belangrijk hulpmiddel zijn. Een voorbeeld is de monitoring van het energiegebruik. Door de digitalisering is het energieverbruik enorm toegekomen. Een energiemonitor kan dit inzichtelijk maken. Wanneer iemand met eigen ogen ziet dat zijn energieverbruik hoog is, realiseert hij zich beter dat de balans zo niet in orde is. Op basis daarvan kan hij in actie komen en beslissen om bijvoorbeeld een lichtsensor of zonnepanelen te installeren. Belangrijk is wel om naar de opgedane inzichten te handelen. Anders is er wel sprake van bewustwording, maar niet van duurzaam gedrag.

Duurzame gedragsverandering en bewustwording

Het veranderen van menselijk gedrag is een uitdaging. Bij veranderprocessen op individueel of organisatieniveau worden vaak de beoogde doelen niet behaald, of ze beklijven niet. Daar zijn verschillende oorzaken voor.

Weerstand

Ten eerste hebben mensen vaak onbewust weerstand tegen het ongemak of het verlies waarmee veranderingen gepaard kunnen gaan. Denk bijvoorbeeld aan het verlies van minder (vaak) kunnen vliegen. Om ervoor te zorgen dat deze weerstand de gewenste verandering niet in de weg staat, is het belangrijk om ook aandacht te geven aan deze negatieve emoties en ruimte te maken voor het uiten hiervan.

(Niet) top-down

Ten tweede komt het nogal eens voor dat in organisaties wordt gepoogd om een gewenste verandering top-down door te voeren. Als de noodzaak van een verandering slechts door een beperkte groep gevoeld wordt en overige medewerkers zich niet bij het veranderproces betrokken voelen, kan het gevolg zijn dat een verandering niet of slechts voor een deel van de organisatie succesvol is. Het is dan ook verstandig om zo veel mogelijk (groepen) mensen bij de gewenste verandering te betrekken.

Wat goed blijkt te werken, is om mensen direct inzicht te geven in hun situatie, zoals met de eerder genoemde energiemonitor. Het geeft inzicht in het eigen handelen en dat is iets waar mensen iets aan kunnen doen. Het meten en weten van gedrag maakt het dichtbij, tastbaar en leuk. Het wordt dan een sport om te verbeteren. Zeker als dat in de vorm van een wedstrijd plaatsvindt en mensen kunnen winnen.

Permanente aandacht

Ten derde is het belangrijk om te benoemen dat het bestendigen van veranderingen in gedrag vraagt om permanente aandacht van de betrokkenen. Zo kan een tijdelijk project rond duurzaamheid mooie resultaten opleveren, maar als daarna de aandacht weer verslapt, vallen mensen makkelijk terug in de minder duurzame keuzes die ze gewend zijn. Het is daarom belangrijk om duurzaamheidsbeleid ook over een langere periode te handhaven en te evalueren.

Tips

Om de verandering naar meer duurzaam gedrag te laten slagen, volgen enkele tips om te werken aan bewustwording en gedragsverandering.

  • Duid de noodzaak van de verandering. Mensen moeten inzien waarom de verandering noodzakelijk is.
  • Zorg voor (mede)sturing. Commitment is het best te verkrijgen door de betrokkenen mee te laten sturen in het veranderproces. Hierdoor zien zij van dichtbij de noodzaak voor de verandering, waardoor de kans groter is dat ze daadwerkelijk veranderen.
  • Leg uit wat de visie is op duurzaamheid. Wat is de richting van de verandering en waar leidt deze toe? De verandering krijgt een concreet doel waar mensen zich op kunnen richten.
  • Creëer vertrouwen. Betrokkenen moeten het vertrouwen hebben dat de nieuwe situatie beter is dan de bestaande. Als mensen tijdens het veranderproces al resultaten zien, neemt het vertrouwen in een goed eindresultaat toe.
  • Geef een duwtje in de goede richting. Gebruik het principe van nudging. Op nudge.nl vind je inspirerende (duurzame) voorbeelden.
  • Begin klein: kleine beetjes helpen wél. Veel mensen willen wel helpen om de wereld te veranderen, maar zij hebben het gevoel dat iets kleins doen niet goed genoeg of niet effectief is. Dat is menselijk, maar niet constructief. Door klein te beginnen, door te leren en door te bouwen, kunnen we juist veel veranderen in de wereld en écht een verschil maken. Ook voor ict geldt dat de bewustwording over ict en duurzaamheid verder op gang moet komen. Het gebeurt nog te vaak dat beeldschermen op scholen de hele nacht aanstaan, dat er onnodig veel content wordt gedownload of opgeslagen, dat ict-spullen te snel worden weggegooid, enzovoort. Hier kan de school een belangrijke rol in spelen, binnen de organisatie zelf en in het onderwijs naar de leerlingen toe. Vaak is het geen kwestie van onwil, maar van onwetendheid. Bewustwording langs bovenstaande lijnen is daarom essentieel.

Communicatie

Mensen vinden veranderen lastig. Veranderen vraagt namelijk om het loslaten van dingen die vertrouwd zijn. Dat kost energie en kan onrust en pijn veroorzaken. Bij veranderingen is commitment van het management en de medewerkers dan ook essentieel. Zij moeten zich verantwoordelijk voelen. De rol van communicatie is hierin belangrijk; alleen met goede communicatie kan een veranderproces slagen en een blijvend effect bereiken.

Alle betrokkenen moeten weten welke veranderingen er komen, wat de redenen daarvoor zijn en hoe de toekomst eruit gaat zien. Communicatie dicht daarbij het gat tussen de initiatiefnemers en de overige betrokkenen en draagt bij aan meer commitment en vertrouwen.

Tips

Communicatie is een middel om de neuzen in dezelfde richting te krijgen en mensen te laten zien wat de verandering hun oplevert. Onderstaand enkele tips om dit te bereiken.

  • Storytelling. Verspreid de boodschap om met duurzaamheid aan de slag te gaan via de juiste interne en externe communicatiemiddelen. Maak gebruik van storytelling om je boodschap goed over te brengen.
  • Gebruik concrete voorbeelden. Gebruik concrete voorbeelden en koppel hier cijfers aan. Bijvoorbeeld: ‘één zoekopdracht via Google kost net zo veel energie als het zetten van een kopje thee’. Maak resultaten zo visueel mogelijk. Gebruik infographics, filmpjes en ludieke acties om de aandacht te trekken.
  • Betrek voorlopers. Betrek voorlopers bij het duurzaamheidsbeleid van de organisatie en maak hen ambassadeur. Zo creëer je draagvlak.
  • Onderzoek. Onderzoek welke duurzaamheidstypen voorkomen op jouw school. De whitepaper ‘vijf tinten groener’ geeft inzicht in deze typen en laat zien hoe je je communicatie hierop aanpast.
  • Gebruik de R-ladder. Dit model wordt vaak ingezet bij het duurzaam ontwerpen, gebruiken en afvoeren van producten. Lees meer in de factsheet van Milieucentraal.
  • Bespreek verbeterpunten. Het is belangrijk dat je ook communiceert over zaken die minder goed zijn gelukt.
  • Krijg inzicht in menselijk gedrag. Over gedragsverandering is al veel geschreven. Zo heeft de Rijksoverheid strategieën geformuleerd om te zorgen voor gedragsverandering bij burgers. Dit instrument kan je helpen om meer inzicht te krijgen in het menselijk gedrag en de rol van communicatie daarbij.

Ict-infrastructuur

Omdat het onderwijs steeds digitaler wordt, groeit daarmee de omvang van de ict-infrastructuur en dus ook de ecologische impact op het gebied van aanschaf, gebruik en de levensduur van ict-producten. Hoe kunnen scholen hier op een bewuste manier mee omgaan en hier de juiste keuzes in maken? De publicatie ‘Duurzaam omgaan met ict-infrastructuur’ geeft een onderbouwing en handvatten voor de te maken keuzes. Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten? 

Aanschaf

Het grootste deel van de ecologische impact van ict-infrastructuur zit vaak in de aanschaf van ict-producten. Zo is voor een doorsnee laptop 80% van de impact die het apparaat in totaal op het milieu zal hebben al uitgestoten voor de gebruiker er ook maar iets mee heeft gedaan. Scholen die een duurzame ict-infrastructuur willen hebben zullen hier dus al over na moeten denken voordat ict-producten worden aangeschaft. Dat kan op drie niveaus:  

  1. Applicaties. Cloud computing, of specifieker Software-as-a-Service (SaaS) oplossingen zijn vaak efficiënter en dus minder vervuilend. Vraag wel even na bij de aanbieder hoe duurzaam de clouddienst is die je via hen gebruikt. Niet elke aanbieder maakt bijvoorbeeld gebruik van 100% groene stroom.
  2. Apparaten. Het maakt veel uit welk soort apparaat je aanschaft. Over het algemeen geldt: laptops zijn twee keer zo zuinig als een desktop pc. Tablets en smartphones zijn nog eens zesmaal zuiniger dan een laptop.
  3. Aanbieders. Tijdens de aanbesteding en/of onderhandeling kun je voorwaarden stellen aan de aanbieder van ict-producten, en afspraken maken over onderwerpen als duurzaam transport, verpakking, reparaties, recycling, of hergebruik. Via de MVI-Criteriatool van de Rijksoverheid zijn kant en klare teksten met dit soort voorwaarden beschikbaar, die eerder zijn gebruikt in aanbestedingen.

Gebruik

Na de aanschaf van een apparaat wordt de ecologische impact vooral bepaald door de manier waarop het wordt verbruikt. Voor moderne producten bepaalt dit zo’n 19% van de totale uitstoot. Voor oudere, minder zuinige apparaten kan dit oplopen tot wel 75% van de uitstoot. De grootste verspilling komt van apparaten die niet worden gebruikt, maar wel aan staan. 

Levensduur

Tijdens het gebruik van apparatuur wordt op basis van een economische of technische levensduur van het apparaat geld afgeschreven. Vaak wordt gedacht dat het vervangen van apparatuur dat volledig is afgeschreven ook ecologisch verantwoord is. Dit is bijna nooit het geval. Ecologisch gezien weegt het vervangen van een nog werkend apparaat bijna nooit op tegen de uitstoot die nodig is om een nieuw, vergelijkbaar apparaat te produceren. Wel kan het ecologisch gezien een positief effect hebben als apparatuur door een veel duurzamer alternatief wordt vervangen.

Levenseinde

Op dit moment wordt veel vervuilend elektronisch afval geproduceerd. Wereldwijd gaat dit om maar liefst 53,6 miljoen ton afval waarvan slechts 17% wordt gerecycled. Dit betekent dat een groot deel van de vervuilende en kritieke grondstoffen die in digitale producten zijn verwerkt, zoals zeldzame aardmetalen en kobalt, verloren gaan. Scholen kunnen zelf invloed uitoefenen op de ecologische impact van niet werkende apparaten door afspraken te maken met aanbieders over:

  1. Reparatie en onderhoud
  2. Hergebruik en verkoop
  3. Hergebruik van onderdelen
  4. Recycling
  5. Energieterugwinning

De eerste opties in dit lijstje lijken misschien triviaal, maar worden in de praktijk vaak vergeten. Zorg daarom dat je al plannen en/of contacten hebt met organisaties die je kunnen helpen als een apparaat daadwerkelijk kapot gaat. Kijk bijvoorbeeld op wecycle.nl voor organisaties in de omgeving die apparatuur repareren, refurbishen of recyclen.

Gebouw en omgeving

Ict kan een rol spelen bij de verduurzaming van de school en haar omgeving. Denk aan energiebesparing, klimaatbeheersing of duurzame werkplekken. Door slim gebruik te maken van ict en door goed te meten en te monitoren, kun je winst bereiken voor het klimaat én je portemonnee.

Meten en monitoren

Verduurzamen begint met inzicht krijgen: in het energieverbruik, de CO₂-uitstoot of het papierverbruik. Dat inzicht krijg je door te meten en te monitoren. Denk hierbij aan:

  • de CO₂-footprint van de school, wat mogelijk is via diverse digitale aanbieders
  • het energieverbruik, via een slimme meter
  • de hoeveelheid printjes, via instellingen op de printer
  • het waterverbruik, via de watermeter
  • de temperatuur, via een slimme thermostaat

Aan de diverse meters kunnen apps worden gekoppeld die inzicht geven in het verbruik en die bespaartips aanbieden. Dit leidt tot bewustwording en gedragsverandering. De metingen vormen daarnaast de basis voor het opstellen van reductiedoelstellingen. Meten en monitoren biedt daarnaast mooie kansen om leerlingen bewuster te maken op het gebied van duurzaamheid. Er zijn diverse interessante onderwijsprojecten ontwikkeld waarin leerlingen worden uitgedaagd om zelf campagne te voeren voor bijvoorbeeld energiebesparing of tegen voedselverspilling op school. Ook zijn er diverse individuele of organisatiebrede uitdagingen die leerzaam en leuk zijn. Voorbeelden hiervan zijn:

Energiebesparing

Het energieverbruik van ict-apparatuur beslaat een steeds groter deel van de energierekening van scholen. In een onderzoek van Kennisnet (2017) gaven medewerkers en bestuurders van po- en vo-scholen aan dat zij een flinke toename zagen van het energieverbruik en dat dat grotendeels veroorzaakt werd door een verhoogde inzet van ict. Het is dus zaak om daar meer zicht en grip op te krijgen. Daarbij is de Trias Energetica bruikbaar als stappenplan:

  1. Beperk het energieverbruik door verspilling tegen te gaan. Zorg bijvoorbeeld voor goede isolatie of voor energiezuinige apparaten, zoals laptops en ledlampen. Ict kan hierbij helpen door inzicht te geven in het energieverbruik en de mogelijkheden voor besparingen.
  2. Maak maximaal gebruik van energie uit duurzame bronnen, zoals wind-, water- en zonne-energie. Installeer bijvoorbeeld zonnepanelen of een zonneboiler, of koop duurzame energie in.
  3. Maak zo efficiënt mogelijk gebruik van fossiele brandstoffen om in de resterende energiebehoefte te voorzien. Laat je ict-apparatuur in ieder geval op groene stroom draaien. Of check bij je software- of ict-diensten-leveranciers of ze gebruikmaken van datacenters die een groen beleid voeren door bijvoorbeeld hun restwarmte goed te benutten.

Verbruikt jouw school jaarlijks meer dan 50.000 kWh elektriciteit of 25.000 m3 gas? Dan ben je op grond van het Activiteitenbesluit milieubeheer zelfs verplicht om energiebesparende maatregelen te nemen en hierover te rapporteren. Maar ook zonder zo’n verplichting loont het de moeite om zulke maatregelen te treffen om de duurzaamheid van de school te vergroten. Op de website van de PO-raad vind je meer informatie en een lijst met erkende maatregelen voor energiebesparing binnen onderwijsinstellingen. Hulp nodig? ‘Scholen besparen energie’ biedt ondersteuning bij energiebesparing.

Schooldaken bieden vaak goede mogelijkheden voor zonnepanelen. Benieuwd of dat ook geldt voor jouw school? Stichting Schooldakrevolutie wil ieder schooldak van zonnepanelen voorzien en helpt graag. Daarnaast heeft RVO een praktische tool gemaakt met informatie over zonnepanelen voor scholen. In deze tool vind je meer informatie over zaken als eigenaarschap, juridische vragen, onderhoud en ook lespakketten.

Aardgasvrije scholen

Nederland zit momenteel volop in de warmtetransitie; iedereen gaat van het gas af. Ook scholen. Zij kunnen bijvoorbeeld op een warmtenet worden aangesloten of een warmtepomp installeren. Goede isolatie is hierbij een voorwaarde. Naar verwachting komen hier de komende jaren subsidies voor beschikbaar. Houd de mogelijkheden bij de Rijksoverheid, de RVO en je eigen gemeente goed in de gaten.

Schoolgebouw

Ict-toepassingen spelen een cruciale rol bij de verduurzaming van gebouwen. Het internet of things is niet meer weg te denken; elektronische apparaten en infrastructuur die met elkaar communiceren en elektronische informatie gebruiken voor het meten, programmeren en sturen van functies voor gebruikers. Denk aan led-verlichting die automatisch aan- en uitgaat of automatische klimaatbeheersing die met sensoren het aantal aanwezigen registreert en daarop inspeelt. Daarnaast zijn er vele handige tools om zelf aan de slag te gaan met duurzaamheid.

  • Zo is er een zelfscan van Stichting Dutch Green Building Council, waarmee je ontdekt hoe duurzaam jouw gebouw is. De scan is online in te vullen en er zijn 9 verschillende aspecten van duurzaamheid in meegenomen.
  • Wil je aan de slag met de verduurzaming van het schoolgebouw zelf? Dan is de Beslisboom Verduurzaming Scholen een handige tool. Deze beslisboom toont integrale maatregelen, investeringskosten, terugverdientijden en procedures voor uitbesteding en aanbesteding. Zo helpt deze tool schoolbesturen om een passende aanpak te kiezen.
  • Een frisse school is een schoolgebouw (po of vo) met een laag energieverbruik en een gezond binnenmilieu als het gaat om luchtkwaliteit, temperatuur, comfort, licht en geluid. Frisse school heeft als doel een bijdrage te leveren aan een duurzame wereld en is daarmee een statement aan leerlingen en de omgeving. Op hun website vind je informatie over wet- en regelgeving en tools die aangeven hoe je je schoolgebouw kunt ‘verfrissen’ en anderen daarbij kunt inspireren.
  • Scholen op koers biedt je een overzicht van het aanbod aan programma’s op het gebied van verduurzaming van schoolgebouwen. Deze website biedt informatie over de onderwerpen: energie besparen, energie opwekken, gedrag en educatie, innoveren en financieren.
  • In de MVI-criteriatool van de Rijksoverheid vind je criteria om de inrichting van gebouwen duurzaam in te kopen. En zoek je inspiratie voor het verduurzamen van jouw school? Dan hoef je niet zo heel ver weg: het meest duurzame onderwijsgebouw van de wereld staat namelijk gewoon in Nederland. Het Atlas-gebouw van de TU Eindhoven laat zien wat er zoal mogelijk is op het gebied van onderwijs en duurzaamheid.

Financiering

De financiering van verduurzamingsmaatregelen op scholen vormt regelmatig een knelpunt. Het ontbreekt scholen en gemeenten aan financiële ruimte of kennis over beschikbare oplossingen. Informatie daarover kun je bijvoorbeeld vinden op de website van RVO.

Duurzame werkplek

Een specifiek onderdeel van de inrichting van een schoolgebouw zijn de werkplekken voor docenten en leerlingen. Denk hierbij aan open leercentra, examenlokalen en de faciliteiten in klaslokalen om een goede inzet van ict mogelijk te maken. Ruim 50% van de vo-scholen werkt inmiddels met devices en steeds vaker hebben deze scholen een Bring Your Own Device-beleid; medewerkers en leerlingen brengen eigen devices mee en werken daarmee op school. Om dit te faciliteren, is naast internettoegang een grote hoeveelheid oplaadpunten nodig. Een doordacht en duurzaam energiebeleid is daarom aan te raden (zie paragraaf 6.2 Energiebesparing). In het po is het gebruik van devices aanzienlijk minder.

Uit berekeningen van Milieucentraal blijkt dat voor het maken van een laptop 75% minder materialen en grondstoffen nodig zijn dan voor een desktop. Bovendien verbruiken laptops 70% minder energie dan desktops. Tablets verbruiken zelfs nóg minder energie. Onderzoek dus bij het inrichten van een werkplek of een desktop strikt noodzakelijk is. Bij het inrichten van een duurzame werkplek komen de volgende facetten aan bod.

  • Ergonomie. Zorg voor een goede verstelbare bureaustoel en een verstelbaar werkblad. Koop kantoormeubilair zo veel mogelijk circulair in.
  • Verlichting. Zorg voor goede, heldere verlichting. Led-verlichting is het meest duurzaam.
  • Ict-voorzieningen bij een device. Een docking station, een verstelbaar scherm, een muis, een toetsenbord, oplaadpunten, wifi, goed beheer, et cetera. In hoofdstuk 5 lees je meer over het duurzaam inrichten van de ict-voorzieningen.
  • Comfort en ontspanning. Denk bij het inrichten van werkplekken ook aan groen, ontspanning en een persoonlijke touch.

Mobiliteit

Ict-toepassingen maken het mogelijk dat we overal kunnen (samen)werken en leren. Zo besparen we tijd, kosten en CO2-uitstoot. Diverse voorbeelden van online leren vind je in dit artikel van Leraar24. Natuurlijk moeten thuiswerkplekken wel voldoen aan de nodige beveiligingseisen, zoals vastgelegd in de ISO-maatregel 2.8 van het toetsingskader ibp voor het onderwijs. Meer informatie daarover vind je bij de Aanpak IBP van Kennisnet.

Ook het dagelijkse komen en gaan van leerlingen kan duurzamer:

  • Stimuleer als school duurzame vormen van vervoer, zoals lopen, fietsen en het openbaar vervoer.
  • Investeer in elektrische auto’s, busjes en fietsen en de bijbehorende laadpalen (op duurzame stroom).
  • Doe mee aan wedstrijden op het gebied van bewustwording en gedragsverandering. Bijvoorbeeld het ‘Low Car Diet’, de grootste mobiliteitswedstrijd van Nederland. Dat levert meteen inzicht op in de mobiliteitsbewegingen van de school.
  • Stimuleer het gebruik van het openbaar vervoer door een locatie te kiezen in de buurt van een OV-knooppunt.

Natuurlijk hebben we in 2020 een enorme sprong gemaakt op het gebied van mobiliteit. De coronacrisis heeft laten zien dat onderwijs op afstand kan, met voor- en nadelen. Het gebruik van ict is daarbij natuurlijk extreem toegenomen; ict heeft het allemaal mogelijk gemaakt. Ook het aantal reizen is sterk verminderd. De geluiden uit het onderwijs zijn dan ook: laten we proberen om het goede te bewaren. Minder reizen is daar een duidelijk voorbeeld van; leerlingen geven aan dat dat in de toekomst best deels behouden zou mogen worden. Nader onderzoek zal moeten uitwijzen of de balans ook echt richting een duurzamere wereld slaat. De kans hierop is aanzienlijk. Veel meer informatie vind je op lesopafstand.nl.

Duurzame onderwijsinhoud

Nieuwe generaties moeten al vanaf jonge leeftijd leren nadenken over duurzame oplossingen. Het gaat immers om hun toekomst. Volgens hoogleraar Arjen Wals van Wageningen University & Research bereiden scholen hun leerlingen momenteel onvoldoende voor op een tijd die snel verandert en vraagt om duurzame, innovatieve oplossingen. Hij vindt het hoog tijd om leerlingen (van kleuter tot en met student) op een zinvolle manier te betrekken bij duurzaamheidsvraagstukken. Met andere woorden: het is tijd om duurzaam denken structureel in te bedden in het onderwijs.

Daarom heeft Kennisnet in het model ook het domein van de onderwijsinhoud opgenomen. Daarbij gaat het niet om de inhoud zelf, dat is aan de contentmakers en -leveranciers. Het gaat juist om het voldoende beschikbaar en toegankelijk maken van die inhoud, het beter vindbaar maken door bijvoorbeeld metadatering, het verbeteren van zoekmachines en het instellen van keurmerken. Allemaal ict-gerelateerde aspecten die enorm kunnen helpen om duurzaamheid in het onderwijs te versterken. Het onderwerp duurzaamheid is op 2 manieren te integreren in het onderwijsaanbod (ict is hierbij een hulpmiddel):

  • specifieke lessen of projecten over een duurzaam thema, zoals de Sustainable Development Goals, energiebesparing, biodiversiteit, klimaatverandering, afvalreductie of meer ict-gerelateerde onderwerpen als e-waste en online leren.
  • duurzame onderwerpen behandelen in het reguliere onderwijs, zoals in een rekensom of in lessen begrijpend lezen.

Leraren spelen een cruciale rol bij het integreren van duurzaamheid in het onderwijsaanbod. Maar waar begin je? Hieronder hebben we verschillende voorbeelden van leermateriaal en tips voor projecten rondom duurzaamheid en ict op een rijtje gezet. Voor overige inspiratie; de coöperatie Leren voor morgen verzamelt jaarlijks inspirerende voorbeelden van de zogenoemde duurzame docenten.

Specifieke lessen of projecten over een duurzaam thema

Leermateriaal over duurzame thema’s is bij legio organisaties verkrijgbaar, als open leermateriaal of tegen betaling. Dat maakt het voor leraren eenvoudig om projecten aan te bieden met duurzame thema’s. Dit is een greep uit het rijke aanbod:

Leermateriaal van educatieve uitgevers

Diverse uitgevers hebben materiaal ontwikkeld rondom het thema duurzaamheid. Ook hebben zij aanvullingen gemaakt op bestaande methodes, zoals de Bosatlas van de duurzaamheid van Noordhoff en de methode Mens & Natuur van Malmberg.

Lestips van duurzame organisaties

Leermateriaal in specifieke databases

  • Zoeken in Wikiwijs op duurzaamheid levert een schat aan informatie en ideeën op.
  • De SDG Academy levert prachtige materialen rond de Social Development Goals, met een internationale oriëntatie.
  • Stichting Technotrend verzorgt lessen over duurzame ontwikkeling met een technische invalshoek.
  • EnergieEducatie verzamelt leermateriaal rondom de energietransitie.

Leermateriaal ten behoeve van specifieke projecten

Zelf lesmateriaal ontwikkelen

Veel docenten vinden het leuk om zelf materiaal te ontwikkelen. Dit kan nieuw leermateriaal zijn, of leermateriaal dat is gebaseerd op een bestaand leermiddel of een idee van een collega. Om lessen te maken of bestaande lessen te verrijken, is Wikiwijs een geschikt platform. Wikiwijs is dé plek voor open en gratis leermateriaal dat collega’s gemaakt en gedeeld hebben. Via wikiwijs.nl kun je een gratis account aanmaken en direct aan de slag. Om leermateriaal over duurzaamheid beter toegankelijk te maken, is Kennisnet bezig met 2 projecten:

  1. Samen met GDO (Gemeenten voor Duurzame Ontwikkeling) en Leren voor Morgen wordt een Wikiwijs-themapagina ontwikkeld waarop kwalitatief hoogwaardig digitaal lesmateriaal over duurzaamheid wordt verzameld voor het po en vo.
  2. Het lesmateriaal in GroenGelinkt wordt verbonden aan Edurep (een database voor open lesmateriaal), zodat lesmateriaal over duurzaamheid breder wordt ontsloten naar digitale platforms die gebruikmaken van Edurep.

Deze projecten zijn momenteel in ontwikkeling en daarom nog niet beschikbaar. We verwachten dat eind 2020 de eerste versies beschikbaar zijn.

Lesprogramma’s met inzet van ict

Bij het aanbieden, gebruiken en toepassen van leermateriaal in de les is ict een belangrijk hulpmiddel. Zo zijn er allerlei lesprogramma’s rondom duurzaamheid die worden ondersteund door apps of andere technische hulpmiddelen. Dit biedt kansen voor leraren om technologie, creatief denken en duurzaamheid met elkaar te verbinden. Het is ook vaak een speelse en leerzame manier om leerlingen met duurzame thema’s in aanraking te laten komen. In paragraaf 7.1 staan al een aantal voorbeelden genoemd, zoals de online game over duurzame energie.

Andere voorbeelden voor lesprogramma’s en apps over duurzaamheid zijn verzameld in een Wikiwijs-arrangement. De lesprogramma’s en apps kunnen over duurzaamheid in het algemeen gaan, maar vaak zijn ze gekoppeld aan een duurzaamheidsthema. Bijvoorbeeld afval, energie, groene schoolpleinen of duurzaamheid van het schoolgebouw. Het lesmateriaal, de lesprogramma’s en de apps zijn een manier om leerlingen over dit soort vakoverstijgende thema’s te laten nadenken.

Duurzaamheid geïntegreerd in het reguliere onderwijs

Duurzaamheid kan ook veel meer impliciet aan de orde komen. Daarbij is het thema verweven met de reguliere lesstof van de diverse vakken. Zo wordt duurzaamheid direct praktisch toegepast. Dat uit zich dan ook vaak in praktische vakken, vooral in het vmbo. Denk aan bouwkunde (duurzame materialen toepassen), installatietechniek (warmtepompen en zonnepanelen), autotechniek (elektrische auto’s) en ict (powermanagement en duurzame softwareontwikkeling).

Ook bij de vakken op de havo en het vwo kan er een relatie worden gelegd. Bij taal kunnen leerlingen teksten over duurzaamheid doorgronden of vertalen. Bij wiskunde en rekenen kan het gaan om sommen over duurzame modellen en toepassingen. Verder zijn projecten mogelijk die zijn gericht op meten en het verduurzamen van de school, bij vakken als informatica/informatiekunde, natuurkunde/biologie of onderzoeken en ontwerpen op technasia. Denk verder nog aan aardrijkskunde (mijnbouw), economie (betekenis van de circulaire economie) en ondernemerschap in relatie tot een duurzaam bedrijf. Kortom, voorbeelden te over.

Kennisdeling en samenwerking

Intussen werken al veel partijen samen op het snijvlak van onderwijs en duurzaamheid. Zij delen structureel kennis met elkaar. De coöperatie Leren voor Morgen brengt alle partijen samen. Ook Kennisnet is daarbij betrokken. Ook andere initiatieven zetten zich in om de duurzaamheid van scholen en het onderwijs een stap verder te brengen:

  • De Duurzame PABO, een samenwerking vanuit de pabo’s om duurzaamheid in het basisonderwijs vorm te geven.
  • Eco-Schools is een wereldwijd programma om leerlingen aan te zetten tot duurzaam denken en doen. Leerlingen staan aan het roer bij het verduurzamen van de school.
  • Duurzaam MBO is een platform met een uitgebreid netwerk van duurzame mbo-scholen. Hun ideeën, suggesties en leermaterialen zijn zeker ook bruikbaar voor het vmbo.
  • Green Deal Scholen is een initiatief dat kennis bundelt en hulpmiddelen aanreikt om schoolgebouwen te verduurzamen. De ‘deal’ loopt inmiddels niet meer, maar de website wordt nog wel geactualiseerd en bevat een schat aan informatie en voorbeelden.
  • Leren voor duurzame ontwikkeling (LVDO) biedt handreikingen om kennis, vaardigheden, houdingen en waarden te ontwikkelen die nodig zijn om een duurzame toekomst te scheppen. In deze handreiking staat uitgelegd wat LVDO inhoudt, en hoe je ermee aan de slag kunt.
  • Duurzaamdoor brengt partijen bij elkaar om samen te werken en van elkaar te leren. De aandacht ligt op de groene en duurzame economie.
  • SPARK the Movement is een beweging om duurzaam doen en denken in het onderwijs verder te brengen, van po tot PhD, gebaseerd op de ‘whole school approach to sustainability’. Op de site vind je een gratis toolkit.

Uitwisseling en samenwerking tussen scholen onderling is ook een krachtig middel om tot mooie resultaten te komen. Voorbeelden hiervan zijn:

  • Verhalen van Eco-Schools
  • De SPARKS van SPARK the Movement zijn verbindende projecten waarbij scholen in samenwerking met partners duurzame ontwikkelingen versnellen.
  • Het Groene Kompas geeft een overzicht van netwerken die zich inzetten voor een duurzame ontwikkeling in het onderwijs.

Duurzaam omgaan met ict-infrastructuur

Je vindt alles over de duurzame inzet van ict bij elkaar in deze publicatie.

pdf | 1.44 MB

Voorpagina van de publicatie 'Duurzaam omgaan met ict-infrastructuur'

De onderwerpen waarover wij publiceren