
Digitaal toetsen biedt scholen de mogelijkheid om adaptief te toetsen. Hierdoor krijgen leerlingen vragen en opdrachten die aansluiten op hun niveau.
Tijdens het afnemen van de toets kunnen vervelende zaken het resultaat van de toets negatief beïnvloeden. Denk bijvoorbeeld aan spieken, een haperende techniek of leerlingen die benadeeld worden omdat ze niet vertrouwd zijn met de toetsomgeving. Maar hoe zorgt u ervoor dat u zo goed mogelijk bent voorbereid?
Inzicht met de checklist
Inzicht in de mogelijkheden voor jouw school om gestructureerd digitaal te toetsen is erg belangrijk. Bepaal aan de hand van de onderstaande checklist of jouw school er klaar voor is. Download ook de handige poster (A3) onderaan deze webpagina, print deze uit en ga het gesprek aan op jouw school.
1. Is er digitaal toetsbeleid en zijn de rollen helder?
De keuze om digitaal of op papier te toetsen hangt af van veel factoren. De publicatie ‘Zo kiest u voor de (digitale) eindtoets’ helpt u om het toetsbeleid voor uw school te ontwikkelen. En dit doe u natuurlijk niet alleen. Voor het opstellen van het beleid en de uitvoering daarvan, is het belangrijk om de verschillende rollen en verwachtingen met elkaar in kaart te brengen.

2. Zijn de devices op orde en is ons wifi-netwerk geschikt?
Dit zijn ingewikkelde vragen weer u wat technische kennis voor nodig hebt. Niet alle digitale toetsen kunnen op alle devices en browsers worden afgespeeld. Daarbij is het ook belangrijk om naar de inhoud van de toets te kijken; wat dit betekent voor de techniek en benodigde materialen? Het artikel ‘Zo regelt u een goede internetverbinding en wifi voor uw school‘ biedt hulpmiddelen voor een geschikt wifi-netwerk.
3. Is de toetsomgeving veilig en kunnen de leerlingen niet spieken?
Digitaliseren zorgt voor nieuwe vormen van spieken. Uit een steekproef blijkt dat digitaal spieken een belangrijk aandachtspunt is bij digitaal toetsen. Het artikel ‘Digitaal spieken tijdens toetsen, hoe gaat u het tegen?’ geeft inzicht in hoe u dit voorkomt.
4. Weten we wat we moeten doen als er iets misgaat?
Soms weten we zelf waar het probleem zit als iets misgaat; denk aan een haperend wifi-netwerk en het updaten van software. Hiervoor is het handig als u ict-kennis hebt. Ga daarom bij uzelf na wat u weet en wat u niet weet. Zorg op basis hiervan dat u eventueel extra dingen regelt en vastlegt: telefoonnummers, contactgegevens en een plan B.
5. Krijgen de leerlingen een toets op hun niveau en hebben de leerlingen zich kunnen voorbereiden?
Bij adaptieve toetsen stemt het niveau van de toets zich tijdens het toetsen af op het niveau van de leerling. Wanneer een leerling een opgave, of een set van opgaven, afrondt, dan selecteert het systeem een volgende meest passende opgave. Dat is hartstikke handig, maar soms ook lastig. Want in niet alle programma’s kunt u terugbladeren. Ook moet u goed kijken of u de gemaakte fouten makkelijk kunt achterhalen zodat u extra oefenmateriaal kunt zoeken.
6. Is de toetsruimte geschikt en kan beeld en geluid worden afgespeeld en aangepast?
Een van de voordelen van digitaal toetsen is dat er andere vaardigheden kunnen worden getoetst. Met behulp van audio, video en animatie kunt u realistische situaties tonen en hier vragen over stellen. Het is belangrijk dat leerlingen ongestoord een toets kunnen maken; techniek en ruimte mogen geen beperking zijn. Leerlingen die tijdens de toets afgeleid worden doordat ze andere schermen kunnen zien, of het geluid niet aan kunnen passen, kunnen hier last van hebben.
