Welke factoren van adaptiviteit zijn effectief om toe te passen in een adaptief leersysteem? Voor scholen die deze leersystemen willen inkopen, is dat een belangrijke vraag. Het is ook de centrale vraag in de literatuurstudie van Marcel Tillema naar adaptieve leersystemen. “Er valt nog veel te ontdekken op het gebied van adaptiviteitsfactoren in digitale leersystemen. We denken veel te weten, maar in werkelijkheid valt dat tegen,” zegt Tillema.

Adaptieve leersystemen (ALS’en) passen de lesstof en de vorm van de lesstof aan op de leerbehoefte van de leerling, gebaseerd op het niveau en persoonlijke interesses. Meer leerlingen presteren beter in minder tijd. Toch worden nog veel ALS’en ontwikkeld op basis van nog onbevestigde (theoretische) aannames. Daarom is dit een belangrijk aandachtspunt bij de aanschaf van een adaptief leersysteem: waar is de adaptiviteit op gebaseerd?

Leerlingen en leraar werken samen op een laptop met adaptieve leersystemen
Adaptieve leersystemen passen zich aan op de leerbehoefte van de leerling © Reyer Boxem / Kennisnet

Succesvolle adaptiviteitsfactoren

Om te achterhalen welke vormen van adaptiviteit succesvol zijn, en onderdeel moeten zijn van de leersystemen, heeft Tillema bestaande studies naar adaptiviteitsfactoren verzameld en geanalyseerd. “Hieruit blijkt dat enkele vormen van adaptiviteit keer op keer succesvol zijn. Dit zijn met name adaptiviteit op basis van het niveau van de leerling, de doorloopsnelheid van de lesstof en de beheersing ervan. Ook is de rol van gepersonaliseerde feedback van groot belang. Feedback heeft veel invloed op het leerproces van de leerling,” vertelt Tillema. Tip één is: zorg ervoor dat het adaptieve leersysteem inspeelt op deze kenmerken.

En tip twee: “Houd rekening met de drie hoofdpunten van adaptie: waarop, hoe en wat. Veel onderzoeken verdiepen zich slechts in enkele van deze punten en nemen overige punten aan als gegeven.” Er is altijd sprake van ‘waarop’ wordt geadapteerd; zoals het niveau, de doelen en leervoorkeuren. De moeilijkheid van de opgave, de inhoud, de instructie en de presentatie zijn voorbeelden van het ‘wat’. ‘Hoe’ wordt geadapteerd, heeft bijvoorbeeld te maken met het algoritme dat de vertaalslag maakt van niveau naar moeilijkheid.

Niet alle adaptiviteitsfactoren uit de theorie zijn in de praktijk succesvol, zo blijkt uit Tillema’s literatuurstudie. Veel factoren dragen juist niet bij aan effectief leren of het behalen van de leerdoelen. Tegelijkertijd wordt er wel tijd en geld gestoken in het aanpassen van ALS’en op deze factoren. “Adaptie op leerstijlen, profielkarakteristieken of intelligentieprofielen komt nog vaak voor, terwijl dit geen effect heeft. Sterker nog: adaptiviteit op deze factoren kunnen het leren juist tegenwerken,” vertelt Tillema.

Adaptiviteit eerst testen, dan toepassen

Om te voorkomen dat ontwikkelaars overhaast in mogelijk interessante adaptiviteitsfactoren duiken – en er pas later achter komen dat het toch niet relevant is – heeft Tillema een derde tip: “Om de mogelijkheden van een adaptiviteitsfactor verder uit te diepen, is het belangrijk om de effectiviteit eerst te testen. Mocht uit de test blijken dat de effecten beperkt zijn, dan is er niet veel geld gestoken in het ontwikkelen of aanpassen van een adaptief leersysteem.”

Het is belangrijk dat de test inhoudelijk gestuurd is, en onderzoekt waarom de ene adaptiviteitsfactor zo goed werkt en de ander juist niet. “Er wordt nog teveel gekeken naar de werking van het algoritme en de techniek. In plaats daarvan moet de vraag gesteld worden waarom de factor juist werkt en effectief is.” Een gestructureerd onderzoeksplan dat rekening houdt met de drie hoofdpunten van adaptiviteit (waarop, hoe en wat) kan dit voorkomen. Voor scholen die met een vernieuwend adaptief systeem aan de slag willen, is het dan ook belangrijk om de leverancier te vragen waarop, hoe en wat wordt geadapteerd, op welke theorie dit is gebaseerd is en hoe dit is onderzocht.

Tillema pleit tenslotte voor kennisdeling. “Wanneer publieke en private partijen data en resultaten delen, onderzoek stapelen en gezamenlijk werken aan antwoorden op gedeelde kennisvragen, ontwikkelen zij efficiëntere adaptieve leersystemen,” zegt hij. “Ontwikkelaars kunnen sneller en tegen lagere kosten goede ALS’en ontwikkelen, als kennis over wat werkt en waarom dit werkt, gedeeld wordt. Uiteindelijk helpt dit scholen bij het kiezen van digitale leermiddelen, omdat bekend is wat bijdraagt aan betere leerprestaties van leerlingen.”

Deel deze pagina: Adaptief leersysteem inkopen: waar moet u op letten in drie tips

Delen
  • LinkedIn
  • Facebook
  • Twitter
  • E-mail