Wat was de grootste uitdaging bij het ontwikkelen en integreren van de lessenreeks?
Holman: “Het is belangrijk om vanaf het begin iedereen mee te nemen in het proces: studenten, docenten, teammanagers, directie en het CvB. Daarbij helpt het om vanaf het begin al steun te hebben van het college en directie. De praktijk laat zien hoe verschillend burgerschap is ingericht in de docententeams en hoe zij aan de slag willen met digitaal burgerschap. Het ene team heeft standaard elke week lessen op het rooster staan terwijl het andere team burgerschapsdagen of themadagen organiseert.
“Met het aanbieden van een lessenserie voor digitaal burgerschap is de grote verscheidenheid tussen de teams dus een uitdaging. Daarbij is het heel belangrijk dat je in het proces oog hebt voor hetgeen wat er al ligt. Sommige docenten besteden al aandacht aan de onderwerpen, maar doen dat in een andere les dan burgerschap. Dan is het een uitdaging om te kijken hoe je de thema’s kunt combineren en het doel van de lessen op elkaar afstemt.”

Blaauw: “Een ontwikkelgroep burgerschapdocenten, schooldirecteuren en kasteel.gro, de digitale broedplaats van Noorderpoort, hebben meegedacht. Gaan we hiermee verder? Steken we er energie en geld in? Gaan we piloten? Het antwoord was eenduidig ‘ja’. Alle lagen binnen de organisatie doen mee bij de integratie van de lessenserie. Iedereen vindt digitaal burgerschap belangrijk en ziet de noodzaak om er mee aan de slag te gaan. Na succesvolle pilots besloten we de lessenserie breed uit te rollen binnen Noorderpoort.”
Holman: “Het is een kwestie van een lange adem. Scholen hebben natuurlijk hun eigen autonomie. Wij willen de docententeams niets opleggen, zij zijn immers aan zet. Het voordeel daarvan is dat ze eigen creativiteit en competenties inbrengen. Een nadeel is dat het veel tijd vraagt. De meeste teams willen de lessenserie inzetten en sommige willen het zelfs integreren in hun huidige lessen. Met die burgerschapsdocenten gaan wij in gesprek om te kijken hoe ze dat kunnen doen en bieden we hulp.”
Waar gaan de lessen digitaal burgerschap over en hoe zien deze eruit?
Blaauw: “Met name de 4 vaardigheden van digitale geletterdheid zijn belangrijk: mediawijsheid, computational thinking, informatievaardigheden en ict-basisvaardigheden. Daarnaast komt de vaardigheid ‘kritisch denken’ in elke les terug. We zetten de studenten in elke les aan tot kritisch denken over de thema’s die we behandelen. Dat zijn onderwerpen als identiteit versus online identiteit, fake news en deep fakes, cybercrime, algoritmes en kunstmatige intelligentie.
“De lessen hebben een interactief karakter waarin we de dialoog aangaan. Vaak beginnen we het thema met een filmpje, artikel of stellingen. Daarna lichten we de theorie toe. In de lessen verwerken we altijd een werkvorm of opdracht, waar de studenten direct mee aan de slag kunnen en die zij aan het einde van de lessenserie inleveren in een (e-)portfolio.
“Op dit moment worden de lessen online aangeboden met digitale interactie: polls, een schoolbord dat iedereen tegelijk kan invullen, memory, matching the pairs, open- en meerkeuzevragen, quizz, et cetera. We zijn gestart met piloten tijdens de coronacrisis, dus konden we niet anders dan de lessen online aanbieden. We merkten namelijk dat áls de studenten naar school kwamen, dat voor praktijkvakken was. Voor volgend schooljaar hebben de teams de keuze of zij burgerschap fysiek of online willen aanbieden.”
Hoe betrekt Noorderpoort studenten bij het thema digitaal burgerschap?
Blaauw: “Studenten worden uitgedaagd een actieve rol te spelen in het opdoen van kennis, inzicht, vaardigheden en werkhouding. Als middel om deze leerdoelen te bereiken worden digitale mogelijkheden ingezet en benut.
“Toen we begonnen met het ontwikkelen van de lessen, hebben we deze voorgelegd aan de studentenraad van Noorderpoort. Daarnaast draaien we 5 periodes aan pilots met verschillende klassen: van niveau 2 tot en met niveau 4 en van Appingedam tot Veendam en Groningen. Na elke pilotles hebben we de studenten gevraagd om een evaluatieformulier in te vullen over wat zij van de lessen vonden. Ook gaan we in gesprek met studenten of de lessen aansluiten bij hun belevingswereld.
“Alle input van de studenten nemen we mee en leggen we naast onze visie op digitaal burgerschap en in het herzien van het lesmateriaal. Verder gaan we de pilot draaien bij ict-studenten, die we om input vragen als het gaat om onderwerpen als algoritmes en kunstmatige intelligentie.”

Wat is de toekomst van digitaal burgerschap binnen Noorderpoort?
Blaauw: “In schooljaar 2020-2021 willen we Noorderpoort kennis laten maken met het thema door de pilots uit te voeren. In 2021-2022 voorzien we minimaal 25 eerstejaarsklassen per periode van lessen. Dit zijn dus 100 klassen per jaar. In 2022-2023 krijgt elke eerstejaarsklas digitaal burgerschap.”
Meer lezen over digitaal burgerschap
Wilt u meer weten over digitaal burgerschap? Lees dan ook eens deze artikelen:
- Digitaal burgerschap en Nederlands: ‘Lezen en burgerschap raken elkaar’
- Polarisatie online en in de klas: ‘Nodig leerlingen uit tot nuance, luisteren en denken’
- Digitaal burgerschap: leren sensitief zijn voor verschillen, ook in de digitale wereld
- Waarom digitaal burgerschap belangrijk is in de mbo-opleiding Zorg en Welzijn
- Digitaal burgerschap: mens-zijn in de digitale wereld
- Digitale weerbaarheid in het mbo: ‘Weerbare burgers in de digitale wereld zijn nodig!’
- ‘Digitaal burgerschap kan niet zonder kritisch denken over jezelf, de ander en de samenleving’